Ondeugend verhaal met serieuze ondertoon
Gepost door Mortisia op 1 augustus 2011
De trein reed het station binnen en kwam bijna onmerkbaar tot stilstand. Ik zat rustig alleen met een leesblad over wetenschap en techniek. Het was druk op het perron. Ik legde het leesblad even neer en keek omlaag naar de mensen die een verdieping lager langs liepen. Het blijft me verwonderen, we lijken allemaal op elkaar en tegelijkertijd zijn we heel verschillend. Mensen kijken verveelt niet snel. In de koude donkere wintermaanden beleef ik er minder plezier aan omdat ze dan met door kou vertrokken gezichten diep in dikke kleding weggedoken zijn. Maar nu het aangenaam zonnig en warm was en de dikke kleding was ingeruild voor luchtige kleding keken de mensen vrolijker en kon ik zelfs in de minst aantrekkelijke mensen nog wel iets aantrekkelijks ontdekken.
De rust was voorbij. Drie meisjes zagen dat ze bij mij bij elkaar konden zitten. Ik keek vluchtig even naar ze op terwijl ze plaats namen. Het meisje dat naast me kwam zitten was een iets stevig meisje met kort donker bijna zwart haar en donkere ogen en haar stem was wat luid. Ik weet niet goed waarom, misschien door hoe ze sprak, het schoot direct door mijn gedachten dat ze in Amsterdam geboren en opgegroeid moest zijn. Schuin tegenover me een meisje met lang golvend rood haar. Niet alle meisjes zijn er blij mee als ze rood haar hebben. Ik vind het prachtig. Vooral op mooie zomeravonden als de zon laag staat en de warme zonnestralen het rode haar een onbeschrijvelijk mooie warme gloed geeft. Het slanke meisje tegenover mij had dik lichtblond haar tot op de schouders en opvallende lichtblauwe ogen. Een aardig gezicht. Het viel me op dat ze wat meer in zichzelf gekeerd leek te zijn dan haar vriendinnen.
Ik verdiepte mij weer in mijn leesblad. Met een half oor luisterde ik naar de verhalen van de meisjes om mij heen. Ik begreep al snel dat ze een opleiding volgden om les te kunnen gaan geven op een basisschool. Afgelopen week hadden ze stage gelopen. Onder begeleiding van een ervaren leerkracht hadden les mogen geven. Het was wonderlijk te horen hoe verschillend ze deze dagen beleefd hadden. Het meisje naast mij vertelde heel enthousiast hoe plezierig spannend ze de dagen ervaren had. De kinderen waren even wat stil en verlegen geweest, ze leken eerst een beetje bang voor haar, maar al snel waren ze aan haar gewend geraakt. Lachend vertelde ze dat als een kind wat lastig werd ze maar even boos hoefde te kijken en het kind werd stil en deed wat ze vroeg. Het meisje met het mooie rode haar had er juist helemaal geen last van gehad dat de kinderen wat bang voor haar leken, de kinderen vonden haar direct heel lief en deden alles wat ze wou om het haar naar het zin te maken. Het blonde meisje tegenover mij had de dagen ook leuk maar soms ook wel moeilijk gevonden. De kinderen waren onrustig geweest en luisterden niet altijd goed naar haar. Ze had het gevoel niet voldoende ondersteuning gekregen te hebben van de vrouw die haar begeleidde.
Jongens eigen spitste ik mijn oren toen het meisje naast me tamelijk uitbundig vrolijk vertelde over het weekeind dat ze bij haar vriend had doorgebracht. Haar stem werd luider alsof ze iedereen in de coupé van haar verhaal wou laten meegenieten.
“We zijn tot diep in de nacht in de stad geweest. Het was geweldig. We troffen een groepje vrienden, een paar jongens en een paar meiden. Het was reuze gezellig, we hebben enorm veel lol gehad. Veel te veel gedronken natuurlijk.” Ze lachte tamelijk luid voor ze verder vertelde. “Op weg naar huis moest ik verschrikkelijk nodig.” Ze lachte weer. “Ik ben midden op straat boven een regenafvoerpuntje gaan zitten”.
“Terwijl de anderen daarbij waren” vroeg het blonde meisje tegenover me met zichtbare verwondering.
“Ja, stom hè, dat zou ik normaal nooit doen maar ik was behoorlijk aangeschoten.”
“Heb je een eigen bed als je bij hem slaapt” vroeg het meisje met het rode haar.
Uit mijn ooghoek zag ik dat het meisje naast me ontkennend haar hoofd schudde. “We hebben een tweepersoons bed gekocht. Een twijfelaar. Een echt tweepersoons bed past niet in zijn kleine kamer.”
“Spannend.” zei het meisje met het rode haar. Ik zag dat ze een ondeugende glimlach op haar gezicht gekregen had. “Hebben jullie na afloop ook nog je-weet-wel gedaan?”
Het meisje naast me lachte luid. “Dat probeerde hij wel maar hij had veel te veel gedronken. Het lukte van geen kant. Na een hoop gepruts en gevloek heeft hij opgegeven. De volgende morgen sloofde hij zich verschrikkelijk uit. Hij zal het natuurlijk nooit toegeven maar volgens mij schaamde hij zich dat het niet gelukt was.”
“Drank maakt meer kapot dan je lief is” zei het meisje met het rode haar.
“Het maakt meer slap dan je lief is zal je bedoelen” zei het meisje naast me lachend.
Het viel me op dat het blonde meisje tegenover mij stil naar buiten staarde en dat haar wangen kleurden of ze in ijskoude wind gelopen had.
Opeens keerde het meisje met het rode haar zich naar het meisje tegenover mij. “Heb jij eigenlijk al een vriend?”
Het blonde meisje schudde ontkennend haar hoofd. “Heb je wel eens een vriendje gehad” vroeg het meisje met het rode haar aardig.
“Nee” zei ze met zachte stem.
“Nog nooit” vroeg het meisje met het rode haar met hoorbare verwondering.
“Nee.”
“Je bent toch wel eens met een jongen uit geweest?”
“Niet echt.”
“Heb je wel eens met een jongen gezoend?”
Ze schudde ontkennend haar hoofd.
“Waarom dan niet?”
Het meisje met het blonde haar haalde haar schouders even op. De kleur op haar wangen was donkerder geworden. Ze hield haar gezicht wat afgewend en deed of ze met aandacht naar de voorbijschuivende weilanden en boerderijen staarde.
“Er zijn echt wel jongens die met jou willen.” zei het meisje naast mij met haar luide stem. “Je moet gewoon naar ze kijken en glimlachen als ze terug kijken. En als de jongen die je leuk vind je niet ziet dan ga je gewoon heel dicht bij hem staan. Als hij per ongeluk tegen je aan stoot moet hij wel wat tegen je zeggen. Hij moet wel heel dom zijn als hij niet begrijpt dat je met hem wil als je telkens naar hem glimlacht en dicht bij hem komt staan.”
Het leek of de goedbedoelde woorden grotendeels langs het meisje tegenover mij heen gleden zonder doel te treffen.
“Of val je soms op meisjes” zei het meisje naast me opeens.
Het blondje meisje schudde ontkennend haar hoofd.
“Dat geeft niks hoor, dat mag best, het maakt mij niet uit.”
Het meisje met het blonde haar schudde wederom ontkennend met haar hoofd. Ze was duidelijk verlegen met deze situatie.
“Ik durf het gewoon niet” zei ze bijna onhoorbaar zacht. Het klonk of ze een hoge drempel had moeten overwinnen om deze bekentenis te doen.
“Je durft niet naar een jongen toe te gaan” vroeg het meisje met het rode haar met aardige stem.
“jongens willen al snel meer” zei ze zacht. Het was mij al wel duidelijk dat achter deze woorden meer achter schuil ging dan ze nu gezegd had maar dat was het meisje naast mij duidelijk ontgaan.
“Dat is toch leuk” zei het meisje naast me met luide stem. “Je gaat hem even flink zoenen of je gaat even wat tegen hem aan staan dansen en dan zie je gelijk wat groeien. En als je het niet ziet dan voel je het wel.” Ze lachte luid. “Jongens zijn zo leuk. Ze kunnen het niet eens tegen houden. BINGO zeg ik dan. Niet mijn eigen idee moet ik toegeven. Ik heb een keer een meisje in de trein gezien die dat zei nadat ze haar vriend gezoend had en haar hand op zijn broek legde. Moet je eens zien hoe ze dan reageren. Ze weten niet waar ze kijken moeten. Ze gaan een beetje plagerig tegen je aan duwen en proberen het verborgen te houden. Nog leuker is het om tegen een jongen aan te gaan staan dansen, je armen zo laag mogelijk om hem heen, en hem daarbij strak in de ogen te blijven kijken. Sommige jongens kunnen het dan al snel niet meer ophouden. Mijn record is ongeveer drie minuten, toen vluchtte hij al naar de wc omdat hij het in zijn broek had gedaan. Hij had nog niet veel ervaring met meisjes denk ik.” Ze lachte luid.
“Ben je niet bang dat hij je zal achtervolgen als je naar huis gaat en je pakt en dwingt ” vroeg het meisje met het blonde haar zacht en zonder het meisje naast me echt aan te kijken.
“Dat moet hij niet in zijn hoofd halen” zei het meisje naast me fel. “Als een jongen dat probeert geef ik hem zo’n verschrikkelijke schop dat hij de rest van zijn leven krom loopt”.
Het meisje met het mooie rode haar keek onderzoekend naar het blonde meisje naast haar. “Waarom ben je dan bang dat ze meer willen” vroeg ze met heel meelevende stem terwijl ze het blonde meisje onderzoekend aan bleef kijken. Het meisje met het rode haar had dus ook opgemerkt dat er meer schuil ging achter de woorden die ze gesproken had. Het meisje naast me besefte nu kennelijk ook dat er iets diepers was, iets dat niet vrolijk was. Ze was op slag opvallend stil geworden.
Ik hield mij muisstil en keek in mijn leesblad alsof ik daar zo in verdiept was dat ik niets hoorde van wat er om me heen verteld werd. Ik merkte dat het blonde meisje even naar me keek en ik kreeg het gevoel dat ze zich afvroeg of ze het zeggen kon in mijn aanwezigheid.
“Een jongen heeft dingen met me gedaan die ik echt niet wou” fluisterde het blonde meisje.
“O nee” zei het meisje met het rode haar duidelijk geschokt.
“Ongeveer een jaar terug” ging het blondje meisje fluisterend verder. “Ik was met twee andere meisjes uit de stad terug gefietst. Nadat we uit elkaar waren gegaan moest ik nog maar een klein stukje naar huis. In de bocht waar bomen en struiken zijn kwam opeens een jongen op me af en trok me van mijn fiets. Ik heb geschreeuwd en geslagen en geschopt maar hij was te sterk. Hij heeft me in de struiken getrokken en daar is het gebeurd. Hij deed me pijn. Ik huilde en smeekte maar hij sloeg me in mijn gezicht en hield niet op. Toen hij weg was voelde ik me zo verschrikkelijk vies. Ik schaamde me zo verschrikkelijk dat ik het had laten gebeuren. Ik durfde het niemand te vertellen.”
“Daar kon jij toch niets aan doen” zei het meisje met het rode haar.
“Dat weet ik wel maar het voelt niet zo. Het voelt of ik niet genoeg gedaan heb om te vluchten.”
Het was even stil. Een heel geladen stilte.
“Waarom durf je nu geen verkering meer te krijgen” vroeg het meisje naast me, “niet alle jongens zijn zo slecht hoor”.
“Weet ik wel, maar ik ben bang dat een jongen al snel meer wel en kwaad wordt als ik dat niet wil.”
“Ja,” zei het meisje naast me nadenkend, “hij zal het eerst misschien nog niet zo erg vinden maar als je na een jaar nog steeds niks wil zou hij wel eens moeilijk kunnen gaan doen. Maar waarom zou je het niet doen, met een aardige jongen is het best leuk hoor.”
“Ik kan het niet.” zei ze fluisterend. “Als een jongen me aanraakt word ik al helemaal gespannen. Als een jongen me vast pakt raak ik in paniek. Ik moet er niet aan denken dat een jongen op me gaat liggen, ik weet zeker dat ik dan begin te schreeuwen en slaan.”
“Je zult er toch een keer door heen moeten” zei het meisje met het rode haar terwijl ze een arm om de schouder van het blonde meisje had gelegd. “Je wilt toch ook gelukkig worden met een lieve man en kinderen krijgen. Als je een lieve jongen leert kennen en je vertelt hem wat er is gebeurd zal hij het best wel begrijpen en voorzichtig zijn.”
“Ik durf het gewoon niet.”
En weer viel er een stilte. Een langdurige stilte.
En toen gebeurde er iets dat ik totaal niet verwacht had. Het meisje naast me stootte me aan. Ik schrok er van. “Je hebt het allemaal vast wel gehoord” zei ze. “Weet jij als jongen hoe je haar over haar angst heen kunt helpen?”
Ik moest deze onverwachte wending eerst even verwerken voor ik haar antwoorden kon. Ik voelde me ongemakkelijk nu opeens de aandacht op mij was gericht. Ze stootte me nogmaals aan. “Wat zou jij doen” vroeg ze.
Eigenlijk had ik al over een antwoord op de vraag nagedacht nog voor ze de vraag stelde. Terwijl ik naar het verhaal van het blonde meisje luisterde was er al een mogelijke oplossing in mijn gedachten gekomen. Maar hoe kon ik ze mijn gedachten vertellen. Zouden ze het niet gek vinden. Waren mijn gedachten wel juist of juist heel verkeerd. Ik was ook niet gewend over dit soort dingen te praten. Zeker niet als jongen alleen tegen drie jonge meiden.
“Zeg eens wat” zei het meisje naast me.
“Nou,” zei ik twijfelend, “het is misschien een beetje een vreemde vergelijking, maar ik vergelijk het een beetje met de tandarts”. Ondanks het serieuze onderwerp van het gesprek schoten het meisje naast me en het meisje met het rode haar in de lach en ik meende zelfs een klein glimlachje te zien op het gezicht van het blonde meisje.
“Dat is wel het laatste waar ik aan zou denken” zei het meisje naast me. “Als ik in de tandartsstoel lig denk ik echt niet aan spannende dingen doen met een jongen.”
“Ook niet als de tandarts een heel knappe jonge man is” vroeg het meisje met het rode haar.”
“Het is een ouwe kerel” zei het meisje naast me terwijl ze een koude rilling nabootste.
“Ik geef toe dat het een vreemde vergelijking is” zei ik, “maar toch klopt het wel een beetje. Veel mensen zijn bang voor de tandarts, sommigen zo bang dat ze nooit naar de tandarts gaan. Je zou kunnen denken dat dat alleen angst voor pijn is, maar ik denk dat het vooral de machteloosheid is waardoor die mensen zo bang zijn. Je ligt zo machteloos op je rug in de tandartsstoel. Je moet maar hopen dat hij voorzichtig doet, je moet maar hopen dat hij direct stopt als je au roept. Je weet niet of hij voorzichtig doet, je weet niet of hij wel direct stopt als je au roept, je kunt niet weg, je ligt machteloos. Die machteloosheid maakt de angst voor pijn veel erger. Ik denk dat veel mensen veel minder bang voor de tandarts zouden zijn als de tandarts machteloos op de tandartsstoel ligt en ze zelf ernaast staan. Het is voor de tandarts een beetje lastig werken zo, maar als hij te ruw doet of als het pijn doet dan kun je direct weg. Te weten dat je weg kunt vluchten maakt het allemaal veel minder angstig.”
“Maar wat heeft dat met haar te maken” vroeg het meisje met het rode haar. Ik zag dat het meisje met het blonde haar me nu ook aan keek. Iets van de spanning van dit moeilijke onderwerp leek doorbroken te zijn.
“De oplossing is alles omdraaien” zei ik. “Als zij op haar rug ligt en de jongen gaat bovenop haar liggen dan herinnert haar dat direct weer aan die verschrikkelijke nacht. Al die beelden en gevoelens komen dan weer terug. De pijn, de angst en het verschrikkelijke gevoel van machteloosheid. De angst dat die herinneringen haar zullen overmeesteren en ze in paniek zal raken wordt nog extra versterktt door het niet weten hoe die jongen het zal doen, of hij wel echt voorzichtig zal zijn, of hij wel direct zal stoppen als ze aangeeft dat ze het niet meer aan kan. In die positie voelt ze zich zo volkomen afhankelijk van die jongen, zo machteloos, en dat maakt het voor haar zo angstig dat ze het misschien nooit zal durven. Daarom moet ze alles omdraaien. De jongen moet op zijn rug gaan liggen, zijn handen onder zijn hoofd, en hij moet niets doen, helemaal niets. Zij moet alles doen. Echt alles. Dan kan ze alles stapje voor stapje doen zodra ze er aan toe is. Ze kan het zo voorzichtig doen als ze zelf wil. Ze kan stoppen wanneer ze wil. Ze is zo niet machteloos en hoeft niet af te wachten hoe het zal gaan. Ze heeft zo alles zelf in de hand en kan alles laten gaan zoals ze het zelf wil en ze kan wegvluchten als ze het niet meer aan kan.”
“Dat is niet eens zo’n gek idee” zei het meisje naast me vrolijk. Haar stem was al weer wat luider geworden. “Hoe heet je eigenlijk?”
“Harry”
“Hoi Harry. Ik ben Joke. En zij,” ze wees op het meisje met het mooie rode haar, “is Femke en zij,” nu wees ze op het blonde meisje tegenover mij, “is Anna. Denk je dat een jongen dat wel zo doen wil?”
“Ik denk het wel ja, ik denk dat veel jongens het zelfs leuk vinden.”
“Zou jij het leuk vinden?”
“Eh … ja, ik zou het wel leuk vinden ja”. Deze onverwachte wel erg persoonlijke vraag had me even een beetje in verlegenheid gebracht.
“Ze moet dus gewoon aan een jongen vragen of hij dat zo doen wil?”
“Als ze een jongen al wat langer kent en het moment komt naderbij dan zou ze kunnen proberen er over te praten.”
“En als die jongen dat dan niet wil?”
“Dan is het geen aardige jongen en maakt ze de verkering uit.”
“Maar als ze nou bang is dat de jongen zegt dat hij dat wel zo doen wil maar opeens van gedachten veranderd als het zover is?”
“Ja … moeilijk.” Hier had ze wel gelijk in. Een jongen kon aardig doen maar als het eenmaal zover was haar min of meer dwingen het toch te doen zoals hij het wou.
“Het is beetje gek misschien” zei ik, “maar als ze heel zeker wil zijn zou ze het kunnen doen terwijl jullie in de kamer ernaast zijn waar jullie alles kunnen horen. Dan kunnen jullie haar komen helpen als het niet goed gaat.”
Ze lachte met haar luide stem. “Dan kunnen we er ook wel gezellig bij komen zitten.”
“Dat zou ook kunnen” zei ik met een glimlach.
Er viel weer even een stilte. Een heel andere stilte. Ik vroeg me af wat ze nu dachten.
“Ze raakt al helemaal gespannen als een jongen haar aanraakt.” zei Joke naast me. Het klonk of ze tijdens de stilte verschillende mogelijkheden had overdacht. “Zo krijgt ze nooit verkering. Het zou beter zijn als ze zo snel mogelijk over haar angsten heen komt. Eigenlijk zou ze met iemand moeten oefenen. Iemand die er geen bezwaar tegen heeft als wij er bij zijn.” Ze was even stil en ik kreeg het akelige gevoel dat ze met een heel vreemd idee zou komen.
“Vind jij haar leuk” vroeg ze me opeens terwijl ze in de richting van Anna knikte.
“Hoe bedoel je” zei ik.
“Nou, vind je haar aantrekkelijk.”
Ik keek even naar Anna die de ogen neergeslagen had. Ze was best een aardig meisje om te zien. “Ja” zei ik, “best wel.”
“Lichamelijk ook?”
Ik liet snel even mijn blik over haar glijden. “Ja, ook wel” kon ik naar waarheid antwoorden.
“Het was jouw idee” zei Joke op een manier die geen tegenspraak duldde. “Ze zou met jouw kunnen oefenen. Je hebt zelf gezegd dat je het leuk zou vinden op die manier.” Nu begon ik het toch wel erg warm te krijgen. Dit was niet mijn bedoeling geweest. Ik had slechts een idee willen aandragen, een mogelijke oplossing. Al moest ik diep van binnen bekennen dat de gedachte wel enige opwinding in mij veroorzaakte.
Joke lachte. Ze keek me doordringend aan. “Je wil het eigenlijk best wel” zei ze.
“Ik denk niet dat Anna dat wil” zei ik, zo het antwoord op haar vraag ontwijkend.
“Ik heb opeens een heel goed idee” zei Joke. Ze keek naar Femke en Anna. “Zondag verwachten ze mooi warm weer. We kunnen het in de duinen doen. Femke en ik blijven er dan bij. Dan weet Anna dat jij echt niets kan doen. Dan durft Anna vast wel.” Ze keek triomfantelijk naar Anna die flink kleurde. “Doen?” vroeg ze aan Anna. Tot mijn grote verwondering knikte ze ja.
Het was inderdaad warm weer die zondag. Benauwd warm. Op de fiets ging ik richting de duinen. Veel mensen waren op weg naar het strand. De kinderen die met hun ouders van de camping kwamen hadden hun zwemkleding al aan. Nu iedereen de verkoeling van de zee opzocht zou het in de duinen rustig zijn. Het was er nu veel te warm om te wandelen.
Ik had enorm getwijfeld of ik wel naar de afgesproken plek moest gaan. Des te meer ik er over dacht des te minder kon ik geloven dat het waar was. En telkens als ik dacht dat het niet waar zou zijn dacht ik weer dat het misschien, hoe onvoorstelbaar ook, toch waar zou kunnen zijn. De nieuwsgierigheid, en om eerlijk te zijn ook het lichamelijke verlangen, won het van de angst.
Naarmate ik dichterbij kwam nam de angst weer toe. Als het mee zat zouden ze er gewoon niet zijn. Maar het kon ook zijn dat ze me aan het opwachten waren, misschien met nog meer meiden, en me verschrikkelijk zouden plagen en uitlachen omdat ik zo gek was te denken dat ze dat echt zouden gaan doen. Nog erger was de gedachte dat ze eerst het spel mee zouden spelen, zouden wachten tot ik mij ontkleed had. Als ze er dan met mijn kleding van door zouden gaan zou ik onmogelijk naar huis kunnen gaan. Ik zou moeten wachten tot diep in de nacht, als het volkomen donker was, de jongeren nog aan het feesten waren in de stad en de krantenbezorger nog niet aan zijn vroege ronde was begonnen. Dan zou ik naar huis moeten sluipen. Hongerig en koud. Eenmaal thuis gekomen moest ik maar hopen dat ze daar mijn kleding neergelegd zouden hebben, anders kon ik het huis niet eens in omdat de sleutels in mijn jaszak zaten. Dan zou ik zonder enige kleding de buren uit bed moeten bellen en opbiechten wat mij overkomen was. Wat zou ik me schamen, onvoorstelbaar diep schamen, ik zou ze nooit meer recht in de ogen durven kijken.
Ik moest ver de duinen in. Het laatste deel kon ik niet meer fietsen en moest met mijn fiets aan de hand door het mulle zand lopen. Het was warm, erg warm, onaangenaam warm. Het zand onder mijn voeten straalde de warmte van de zon omhoog. De afgesproken plek kwam dichtbij. Ik werd erg gespannen nu.
Daar waren ze, alle drie, precies daar waar we afgesproken hadden. Ze zaten naast elkaar in het zand in de kleine schaduw van een eenzame naaldboom. Ze keken me vrolijk aan. Ze keken me zo oprecht aardig aan dat ik ze direct vertrouwde en al mijn angsten vergeten waren. Ik ging naast Joke zitten. Uit een rugzak haalde ze een glas en een thermosfles gevuld met frisdrank. Ze schonk het glas voor me vol. De nog redelijk koude frisdrank smaakte me onvoorstelbaar lekker.
Joke stond op, maakte zich zo lang mogelijk en keek onderzoekend rond. “In de verste verten niemand te zien” zei ze. “Zullen we dan maar?”
Nu werd ik niet alleen zenuwachtig, maar ook enorm onzeker. De twijfel sloeg in alle hevigheid toe. Moest ik dit wel doen. Durfde ik dit wel te doen. Wou ik dit wel echt doen. Ik keek even vanuit mijn ooghoeken naar Anna. Ze hield haar hoofd omlaag. Haar wangen kleurden.
“We moeten ze een klein beetje helpen” zei Femke. Haar stem klonk zo rustig dat ze me het gevoel gaf dat wat hier stond te gebeuren heel gewoon was, niets bijzonders, niets om me zenuwachtig over te maken.
Joke knikte bevestigend. “Ga jij maar bij Anna staan om haar kleding aan te pakken dan blijf ik bij Harry en pak zijn kleding aan. Eerst maar de bovenkleding. Kom op Harry, kom op Anna”. Joke gaf mij een bemoedigend klopje op mijn schouder en Femke volde haar voorbeeld bij Anna. Ik keek even naar Anna en Anna naar mij. Langzaam begon ik mijn bovenkleding los te maken en uit mijn ooghoek zag ik dat Anna even langzaam volgde.
Ik zal nooit het moment vergeten dat we beiden alle kleding uitgetrokken hadden. De hele situatie was zo bizar, zo onwerkelijk, zo onvoorstelbaar. De warme zon op mijn huid, het overweldigende gevoel van kwetsbaarheid nu ik zonder kleding stond, niet veilig in een afgesloten badkamer maar zonder enige beschutting in de duinen, haar nog niet gebruinde huid, bijna dezelfde kleur als het warme zand, zo prachtig glad en glanzend, en haar mooie vloeiende rondingen zoals alleen de beste beeldhouwers in beelden van zacht-glanzend wit marmer hebben vastgelegd. Ik durfde nauwelijks naar haar te kijken en tegelijkertijd kon ik niet anders dan naar haar kijken.
Dat Joke en Femke hierbij aanwezig waren zou ik als onplezierig ervaren kunnen hebben, maar dat was niet zo, in tegendeel, het gaf me een heel plezierig gevoel, het maakte me rustiger, minder zenuwachtig. Juist als ik alleen met Anna zou zijn geweest, zelf de beslissingen had moeten nemen, zou ik enorm onzeker en zenuwachtig geworden zijn. Nu wist ik dat daar waar Anna of ik twijfelden, daar waar ons de moed ontbrak een beslissing te nemen, Joke en Femke de beslissing zouden nemen en ons over de drempel zouden helpen. Ik hoefde daar nu niet over na te denken, niet bang te zijn een verkeerde beslissing te nemen. Ik kon alles laten gebeuren en er van genieten, wetende dat ook Anna zich rustiger voelde nu haar vriendinnen erbij aanwezig waren. Ondanks dat ik deze meisjes nog maar kort kende voelde hun aanwezigheid al aangenaam vertrouwd.
“Ga hier maar liggen” zei Joke en ze wees me het diepste deel van de door de wind gevormde kom tussen beschermende kleine lage heuvels van zand dat door halmgras werd vastgehouden. Eventuele wandelaars verderop zouden ons hier niet zien. Het eerste moment voelde het verhitte zand onaangenaam maar al snel lag ik heerlijk languit in het zachte zand. De zon scheen warm op mijn onbedekte huid en vanuit deze lage positie zag ik een heel andere en heel bijzondere wereld om mij heen. Femke, haar lange rode haar vlamde bij elke beweging die ze maakte, had een hand op de schouder van Anna gelegd en nam haar rustig met zich mee tot Anna naast me stond. Ik keek naar haar op. Zoals ik haar vanuit mijn lage positie heel stil zag staan deed ze me denken aan een groot en prachtig zacht-glanzend wit marmeren beeld. Dit moet het beeld geweest zijn dat de beeldhouwers eeuwen terug voor ogen hebben gehad en dat ze, om het voor altijd terug in herinnering te kunnen krijgen, in hun grootste beelden hebben proberen vast te leggen.
Na zachte aandrang van Femke zette Anna aan weerszijden van mij een voet en terwijl Femke haar ondersteunde ging ze langzaam door haar knieën tot ze op mijn bovenbenen zat. De aanraking van haar benen op mijn benen veroorzaakte een plezierige siddering in mijn lijf en ik zag aan haar gezicht dat het ook voor haar een speciaal moment was. Mijn kleine jongen lag tussen haar benen en zijn kopje kroop wat schoksgewijs over mijn buik omhoog. Ik keek met enige verwondering naar de driehoek haar. Het verwonderde mij enigszins dat dit meisje met tamelijk stijl lichtblond haar op het gewoonlijk verborgen plaatsje enigszins licht roodbruin tamelijk dik krullend haar had.
Anna keek omlaag. Twijfel leek haar te overvallen. “Wat groot” fluisterde ze bijna onhoorbaar.
Dit deed me denken aan Linda uit de tv-serie ‘meisjes van 13′. In de eerste serie was ze 13. Een onopvallend meisje dat zich op school eenzaam voelde omdat ze het gevoel had door haar klasgenoten buiten gesloten te worden. Ongeveer vijf jaar later kwam de tweede serie waarin dezelfde meisjes te zien waren. Ik kon mijn ogen nauwelijks geloven toen Linda in beeld verscheen. In nauwsluitende sportkleding kwam ze een sportzaal binnen lopen. Het was als het sprookje van het lelijke eendje dat in een mooie zwaan veranderde. In slechts vijf jaar tijd was het onopvallende meisje veranderd in een opvallende mooie jonge vrouw van 17, bijna 18. Ze vertelde het nu heel erg naar haar zin te hebben op school en ze had veel vriendinnen. Dat kon ik me wel voorstellen. De filmmakers hebben de indruk die ze op de jongens maakte mooi in beeld gebracht tijdens haar bijbaantje als serveerster. Wie zou er niet met zo’n aardige en aantrekkelijke meid om willen gaan.
Wat mij verwonderde was dat haar stem nauwelijks veranderd was. Haar stem was nog die van het onopvallende onzekere meisje van 13. Dat had me moeten waarschuwen. Helaas was ik alleen maar verwonderd over de tegenstelling tussen wat ik zag en wat ik hoorde. Zou ik er beter over nagedacht hebben dan zou ik beseft hebben dat in die opvallende mooie jonge vrouw nog altijd het onzekere meisje schuil ging en dat dat een heel gevaarlijke combinatie is. Dan had ik haar ouders, vriendinnen en docenten kunnen waarschuwen. Misschien, heel misschien, hadden zij dan kunnen voorkomen dat ze zich door verkeerde vrienden liet meevoeren, verkracht werd, drugs ging gebruiken, geestelijk helemaal in de war als zwerver op straat ging leven en ze in de derde serie, toen ze 22 was, door de filmmakers werd aangetroffen op de gesloten afdeling van een psychiatrische instelling.
In de tweede serie, toen ze in een mooie jonge vrouw veranderd was, werd haar gevraagd of ze een jongen al helemaal had gezien. Wat onzeker en verlegen vertelde ze dat ze samen met een jongen onder de douche had gestaan. “Groot” zei ze, nog zichtbaar verwonderd, na de vraag wat ze er van vond. Ze vertelde voorlopig geen behoefte te hebben verder te gaan met een jongen. Ze leek er tegenop te zien.
Wat ze onder de douche gedaan hadden wou ze niet vertellen maar ze verklapte het een beetje toen ze na een afwachtend zwijgen van de vragenstelster zei dat het snel voorbij was.
Dat kon ik mij goed voorstellen. Alleen al deze mooie jonge vrouw uit de kleren zien gaan moet in die jongen hevige stormen veroorzaakt hebben. Het warme stromende water, haar mooie jonge warme lichaam zo dicht bij, moeten in hem de dijken op springen gebracht hebben. Waarschijnlijk braken alle dijken op het moment dat zij met haar hand zijn naar haar uitgestrekte kleine jongen omvatte en kon hij de vloedgolf onmogelijk nog langer tegen houden.
“Het is toch eigenlijk maar een raar lelijk ding” zei ik. “Die dikke blauw-achtige kronkelende aders en die kleine fijn-vertakte oranje-achtige adertjes. Het is bijna griezelig om te zien. Ik kan me niet voorstellen dat iemand dat mooi vind. Het is een raar lelijk ding. Wij jongens hebben er ook nauwelijks controle over, het doet maar waar het zelf zin in heeft.”
Een kleine glimlach gleed over het gezicht van Anna. De spanning die plotseling was ontstaan vloeide weg nu ik mijzelf een beetje belachelijk maakte
Joke was rechts van Anna gaat zitten en Femke links zodat Anna zich zo veilig mogelijk zou voelen. Op aanwijzingen van Joke strekte ze haar benen zodat ik onder haar door de duin achter haar kon zien. Met haar rechterhand omvatte ze mijn groot geworden kleine jongen. Ik sloot mijn ogen en even later voelde ik hem heel langzaam in haar glijden. Nadat ik haar benen weer op mijn benen voelde opende ik mijn ogen en nu zag ik alleen nog mijn wat krullende haar dat overging in haar krullende haar. Ze keek met haar helder blauwe ogen recht in mijn ogen en ze had een blije triomfantelijke glimlach op haar gezicht. Dit was een belangrijk moment voor haar. Door zover te durven gaan had ze een belangrijk deel van haar angsten overwonnen. Met een bemoedigende glimlach liet ik haar merken dat ik haar begreep en met haar meeleefde. Nooit zal ik dit moment vergeten. Een zo bijzonder moment. De mooie beelden van Anna met die wonderlijke mooie glimlach, zo mooi rechtop, haar prachtige glanzende huid in het heldere zonlicht, de heerlijke gevoelens van het warme zand onder mij, de warme zon aan de blauwe hemel boven mij en die heerlijke aanraking en omvatting van het zachte warme lichaam van Anna.
Ik was Femke en Joke dankbaar dat ze ons ongestoord van dit moment lieten genieten. Pas toen Anna opzij naar Femke keek, nog steeds die prachtige glimlach op haar gezicht, gaf Femke haar aan hoe ze nu verder moest gaan. Zoals afgesproken deed ik niets. Ik liet Anna alles doen. En ik genoot er van. Ik kon me niets mooiers voor stellen dan in deze mooie duinen in deze heerlijke warmte te kijken naar de langzaam stijgende en dalende Anna en te genieten van de gevoelens die ze in mij bracht.
Ik zuchtte.
“Wat is er” vroeg Anna.
“Het spijt me” zei ik, “ik kon het niet meer tegen houden.”
“Dat geeft niet” zei Anna met een heel lieve glimlach. Ze ontspande haar benen tot ze op me zat. “Kun je een beetje rechtop gaan zitten” vroeg ze met warme zachte stem. Langzaam kwam ik overeind, ik ondersteunde mezelf met mijn handen achter me in het zand. Ze sloeg haar armen om me heen. Ze keek me recht aan, een heel gelukkige glimlach op haar gezicht die me een heel fijn blij gevoel gaf. Ze trok me nog wat dichter naar zich toe.
“Kun je je handen voorzichtig laag achter me doen” vroeg ze. Ik deed het, langzaam, zonder haar aan te raken. Ze glimlachte. “Je mag je handen wel achter op me leggen, als ze maar laag blijven.” Voorzichtig legde ik mijn handen op haar warme zachte huid.
Heel langzaam kwam haar gezicht dichterbij. Ze bleef me met een glimlach recht in m’n ogen kijken. Ik ging zo in haar op dat ik alles om mij heen vergat. Ze streelde me zacht over mijn rug. Haar lippen raakten voorzichtig mijn lippen. Ik voelde me intens gelukkig.
Opeens nam Anna enige afstand van mij zonder me los te laten. Ze keek me met een ondeugende glimlach aan. “Ik voel iets groeien in mij” zei ze met een even ondeugende klank in haar stem terwijl ze me met stralende ogen aan bleef kijken.
Ik keek recht in haar mooie blauwe ogen en voelde dat ik net zo’n ondeugende glimlach op mijn gezicht kreeg als zij. “Nog even geduld” fluisterde ik, “dan kun je nog eens proberen”.
Andere geile sex verhalen:
Comments
Leave a Reply
You must be logged in to post a comment.